Cooktown

Vanmorgen zijn we lopend naar het stadje Cooktown gegaan. Alles hier is gericht op de landing van James Cook die hier in 1770 met de “Endeavour” aan land is gekomen. Hoewel hij hier maar 3 maanden is geweest is dat voldoende om anno 2018 nog steeds dat feit hoog te houden. Voorbij de haven stond een man te vissen. Toen wij daar aankwamen had hij net een grote makreel aan zijn hengel. Zijn maat kwam met een landingshaak aanrennen en sloeg de vis vast en tilde die uit het water. Het was een flinke van ongeveer 1 meter. Zij waren duidelijk heel blij met hun vangst. Hierna zijn we koffie gaan drinken. Vervolgens hebben we een aantal bezienswaardigheden bekeken. Niet echt heel spectaculair maar toch wel leuk om te zien. Ook keken we bij de plaatselijke visafslag. In de Top Pub hebben geluncht. Dat was weer zo’n typische Australische pub waar ook op de paarden gegokt kon worden. Bingo was er ook heel populair. Hennie had lasagne en ik had een kwart gebraden kip. Ik dacht laat ik niet te veel bestellen. Volgens mij was het een kwart van een struisvogel zo groot was dat ding. Ik kreeg het niet allemaal op. Hennie heeft een hoed gekocht. Die heb je hier echt nodig. Nog even een vers gebakken brood en een worstenbroodje ingeslagen en toen terug naar de camping. We hadden weer een mooie dag. Morgen gaan we terug omlaag naar Port Douglas. Hier hebben we ook nog voor 2 nachten een plek besproken. Groetjes uit Cooktown.